Sneak Peek
Sneak peek #3
Het ‘motorblok’ van de Hollandse walvisvaart
De Top-24 Walvisreders: 1650/60 – 1803. 24 rederfamilies hebben de walvisvaart in Nederland laten uitgroeien tot een bloeiende bedrijfstak. In de schaduw van andere ankers uit die tijd, zoals de VOC, was de walvisvaart een meer verborgen schat van de Republiek. Deze koopliedenfamilies waren verder veelal betrokken bij de Sontvaart, de koopvaardijhandel op West- en Zuid-Europa, de handel op de Levant en/of de handel op de overzeese gebiedsdelen. Soms waren het families van ambachtslieden die de Hollandse scheepsbouw naar ongekende hoogten brachten en de walvisvaart gebruikten om de vraag naar hun schepen aan te zwengelen. Het waren allemaal ondernemers pur sang.
Een enkeling had zijn hoofdberoep in de Hollandse marine en doorzag de commerciële mogelijkheden die de walvisvaart bood. Wat tegenwoordig onmogelijk lijkt, gebeurde toen wel: de combinatie van een admiraalsfunctie met een leidende rol in de walvisvaart en persoonlijk betrokken bij de handel in producten van de walvisvaart. Achter bovenstaande families zaten rederijen die ten minste 40 jaar walvisvaarders uitreedden en de producten die dit voortbracht verhandelden. Vaak bezat men delen van de infrastructuur rond de walvisvaart, soms het maken en heruitvinden van hét optimale walvisvaartschip, wat vaker investeerde men in traankokerijen om het walvisspek te koken en te transformeren tot walvistraan.
